Hole-in-One
Twintig jaar geleden ben ik een jaar lang golfverslaafd geweest. In een onoplettend moment had ik op een golfbaan een "half setje" gehuurd (dat kan zomaar; moet wettelijk verboden worden) en binnen een dag had ik een ernstige verslaving opgelopen. Er zijn verslavingen en verslavingen, maar een golfverslaving zou ik zelfs mijn ergste vijand -als ik die zou hebben- niet toewensen.
Je wilt namelijk eenvoudigweg niet accepteren, dat iets wat zo makkelijk lijkt, zo moeilijk is. Dat wordt nog vele malen erger, als je per ongeluk die bal een keer een klap gegeven hebt, die grenst aan perfectie.
Onlangs stond ik in een groepje waar golf het onderwerp was. De een na de ander vertelde iets leuks of interessants over deze verslavende sport. De vierde van de vijf nam het woord met: "Golfers dilemma! Je staat op de achttiende 'all square' terwijl degene tegen wie je speelt, de bal 'in het bos' geslagen heeft. Bij het helpen zoeken, zie je zijn bal liggen. Je pakt hem op en stopt hem in je zak... partij gewonnen!" Er valt een stilte in het groepje. Hij vervolgt:"Even later roept hij: Ja, ik heb hem... Net als ik bij hem ben, slaat hij de bal op de green, een meter van de pin! Tja, wat kan ik zeggen...!" Niemand in het groepje durft iets te zeggen; er wordt wat obligaat gelachen. Ik hoop maar, dat hij het komisch bedoelt...
Om de situatie enigszins te redden en omdat ik het gevoel heb, dat ik ook een duit in het zakje moet doen, begin ik aarzelend aan het succesverhaal over mijn enige Hole-in-One.
Het gebeurde op een golfbaan op het eiland Corsica. Drie jonge mannen vroegen of ik zin had om negen holes te spelen. Het was al laat in de middag en eigenlijk moest ik terug naar mijn niet-golfende gezelschap, maar ... juist, de verslaving wint altijd.
Die jongens waren met z'n drieën negen keer beter dan ik, maar dat is bij golf, vind ik, niet het belangrijkste. We zouden spelen om een drankje en aangezien zij ver voorstonden, had ik dat drankje al lang verloren; geen punt, ik vond het al lang leuk, dat ik met ze mee mocht spelen. De negende hole was een Par 3, hetgeen betekent, dat een goede speler (professional eigenlijk) er -in principe- drie slagen over doet om de bal in de hole te spelen; normaal gesproken in één slag op de green en dan met twee zogenaamde Putts erin.
De drie jonge mannen deden kennelijk weinig anders, want ze sloegen hem alle drie op de green. Toen ik afsloeg was gelijk duidelijk dat het een behoorlijke misslag was; de bal ging vervaarlijk naar links, recht op een meertje af, waar hij net niet inging, omdat ie een steen raakte. Daardoor raakte de bal voor mij uit het zicht. Ik wilde er nog wel een slaan, maar zij liepen, druk pratend in het Corsicaans, dat volstrekt onverstaanbaar is, reeds naar beneden, zodat ik maar snel achter ze aan holde. Beneden gekomen waren ze al druk aan het zoeken naar mijn bal, die kennelijk ook uit hun zicht geraakt was. Na een paar minuten zoeken, liep één van die jongens opeens naar de vlag, haalde triomfantelijk mijn bal te voorschijn, kraaide een vreugdekreet en riep:"Champagne"! (het is in de golfwereld gebruikelijk om na het slaan van een Hole-in-One alle aanwezigen champagne te tracteren). Ik wist niet goed of ik lachen of huilen moest en door de overdadige felicitaties, de vreselijk slechte afslag en het blijven roepen van "Champagne"! voelde ik mij steeds beroerder. Maar ja, wat moest ik zeggen...
Er waren gelukkig nog maar weinig mensen in het clubhuis, maar het is toch nog een dure middag geworden.
Maar als bij toverslag was ik genezen van mijn golfverslaving. En als er geen uiterst dringende reden is, ga ik nooit meer naar Corsica!
|